fbpx

Ik zie haar zitten in haar blauwe auto. Het licht van de uithangborden van HEMA verlichten zacht haar gezicht met een lichtblauwe gloed. Ik zie haar zitten en in een split-second zie ik dat ze huilt. Hard huilt. Tranen glijden weg bij haar ogen vol pijn, via haar wangen naar beneden. Ik ken haar niet, maar ik voel de neiging om op haar raam te kloppen en te vragen of ik iets voor haar kan doen. Dan valt het me op dat ze aan het bellen is en ik voel de ongemakkelijke strijd in mezelf. Ik leg de spullen die ik gekocht heb op de bijrijder stoel en dat voelt comfortabel omdat ik dan letterlijk mijn auto tussen ons in heb. Onze auto’s staan zo geparkeerd dat haar voorkant naast mijn achterkant staat en dus mijn deur naast die van haar. Ik zie haar pijn en bij mij blijft de strijd. Zou ik iets voor haar kunnen doen? Heeft ze het nodig dat ik haar zie? Vertwijfeld stap ik achter mijn stuur en zit dan op een meter afstand van haar, gescheiden door twee lagen glas. Ik hoor haar niet, maar het lijkt alsof ze schreeuwt met haar hand voor haar mond en intens huilt. Er schiet bij mij van alles door mijn hoofd wat er aan de hand zou kunnen zijn, maar ik weet het niet. De afstand is klein en tegelijkertijd zo ontzettend groot. Zo zit ik een tijdje naar haar te kijken en ik weet niet of ze me gezien heeft. We hebben geen oogcontact gehad en ik merk dat ik voel dat ik óf actief contact moet maken óf moet gaan omdat het anders voor haar ook vervelend zou kunnen voelen. Ik besluit om te gaan omdat ik zie dat ze met iemand aan de telefoon zit en er wellicht hele belangrijke dingen gezegd worden. En omdat ik weet dat ze op dat moment waarschijnlijk recht doet aan wat ze voelt en mijn bemoeienis dat proces eerder verstoord dan dat het helpt. Met gemengde gevoelens start ik mijn auto en rijd weg, mijn hoofd vol met duizend gedachten, mijn buik vol met onrust. 

Een contrast van emoties

Het is zo’n typische novemberavond waarin de luchtvochtigheid hoog is en de ramen van mijn auto laat beslaan. Het is lang geleden dat ik een koopavond naar het dorp ben gegaan, maar vanavond heb ik een goede reden. Morgen is het de dag van de intocht van Sinterklaas en dat betekent dat er in de avond schoenen gevuld moeten zijn. Vol enthousiasme ga ik aan de slag om in vrijheid, wat in dit geval vooral betekent dat ik voor het eerst vandaag zonder kinderen ben, iets lekkers te halen om mijn kinderen op de zondagochtend erg blij te maken. Dat is precies wat er dus bij mij op de bijrijdersstoel ligt. Thuisgekomen wil ik naar binnen gaan en zie dat onze oudste zoon nog beneden is. Als ik Sanne probeer te bellen om te vragen of zij hem mee naar boven wil nemen, krijg ik geen reactie. Ik voel me zwaar gefrustreerd en boos. Dat verbaast me, want ik was juist zo ontzettend vrolijk en goed gestemd weggegaan. Ik neem me voor om het gezellig te houden en loop naar binnen. Direct gaat het mis. Ze krijgt gelijk de vraag waarom ze haar telefoon niet opneemt en ik vertel haar geïrriteerd dat het me nu veel meer werk gekost heeft om het op te moeten ruimen. Voor het eten had ik zin in de avond die ik verder ook alleen zou doorbrengen en had me verheugd op een goede film, maar nadat ik Lucas in bed heb gelegd nestel ik me op de bank en blijf daar. Met een slecht humeur.

Het belang van delen en verbinding

Vanmorgen word ik wakker doordat mijn zoontje naar beneden komt en vol enthousiasme al zijn pietenkleren heeft aangetrokken. Ik wil het liefst nog lang slapen en opper het idee bij Sanne dat ik nog even mag blijven liggen. Ik wil me terugtrekken en verbergen. Dan besef ik me dat ik dat wat ik gisteravond gezien heb nog helemaal niet met haar gedeeld heb. Ik begin haar te vertellen over de vrouw in de auto. Over haar tranen en over dat wat ik er bij voelde. Ik voel dat de zwaarte van me afvalt en dat ik me weer blij begin te voelen. Op dat moment besef ik me dat ik iets deed wat ik de hele week tegen anderen verteld heb. 

Lessen uit een korte ontmoeting

Als we als mens iets voelen, dan begint dat bij een soort onrust in ons lijf. Die onrust komt dan bij ons hoofd en dan hebben we er iets mee te doen. Veel mensen zijn geneigd om dat gevoel weg te duwen of weg te beredeneren. Beiden heb ik gisteravond gedaan. Ik wilde mijn ongemak naar de vrouw niet voelen en tegelijkertijd probeerde ik me er zelf van te overtuigen dat ik geen andere keuze had gehad dan naar huis te rijden. En dat is ook precies wat het meeste energie kost. Want dat wegduwen van het verdriet of de pijn, er geen ruimte en erkenning aan geven dat het machteloos voelt om op deze manier iemand te zien lijden, kost ongelofelijk veel energie en zorgt ervoor dat ik wil wegvluchten en me chagrijnig voel. Op het moment dat ik vanmorgen begin te delen wat ik gisteren gezien heb lukt het mij om woorden te geven aan dat wat ik voel en eigenlijk ontstaan daar dus de emoties. Gevoelens waar we woorden aan geven worden daadwerkelijk iets doordat we het kunnen labelen. Ik voel verdriet, en van daaruit de machteloosheid. Ik verbind mijn hart met mijn hoofd en dat geeft al zo veel rust. Wat me weer opnieuw duidelijk wordt is hoe belangrijk het voor mij is om het met een ander te delen. Want op het moment dat ik het deel met Sanne lukt het mij pas om mijn hart en hoofd echt met elkaar te verbinden.

Ik vind het fijn hoe Sanne reageert. Ze vertelt me dat ze zich kan voorstellen dat dit impact heeft en dat het me raakt. Ik voel in haar stem de erkenning voor mijn rot gevoel en de mildheid naar mijn uitbarsting van gisteravond. Op dat moment besef ik me dat een groot deel van de rust die over me heen valt er kan zijn doordat mijn hart haar hart ontmoet. Doordat ik het lef heb om uit mijn veilige cocon te stappen en met haar te delen ontstaat er verbinding en erkenning voor de pijn.

De echo’s van emoties in het dagelijks leven

Ik besef me meer dan ooit dat eigenlijk elk stel dat bij ons komt omdat ze vastlopen in de relatie precies dát niet kunnen. Door het gebrek van hart-tot-hart contact ontstaan er niet-werkende patronen en kiezen ze vluchtwegen die hunzelf en hun partner meer pijn doen dan recht. In de bredere zin is dit precies wat ontbreekt in de polariserende samenleving van dit moment. Echt van hart-tot-hart contact.

Ik had het gesprek van de vrouw in de auto naast me wel willen horen. Want los van alle pijn die er afspatte, sprak haar hart. Haar hele lijf gaf uiting aan de pijn die ze voelde. De persoon aan de andere kant van de lijn heeft dit ongetwijfeld gehoord en haar hart mogen ontmoeten. Ik wil wat van haar leren. Dat als ik me verdrietig voel ik hier direct recht aan kan doen door met een ander te bellen en te delen. Ook als ik op de parkeerplaats voor een HEMA sta op een gure avond in november. Want als je een ander niet tot last wil zijn, maak je het tot een grotere last voor jezelf.